Er kan ook nog heel veel wél

Sinds het begin van de coronacrisis zien gemeenten het aantal aanvragen voor bijstand stijgen. Nu nog niet heel sterk, maar de stijging zal naar verwachting nog doorzetten zolang corona-maatregelen noodzakelijk zijn die de economie en daarmee de arbeidsmarkt raken. “Ook ons bestand groeit,” vertelt Marloes van Gerwen, beleidsmedewerker/coördinator bij ISD Kompas. “Maar we slagen er ook nog steeds heel goed in om mensen aan werk of andere vormen van participatie te helpen. Want al wordt nu vooral benadrukt wat er allemaal niet kan. Er kan – weliswaar op een andere manier – ook nog heel veel wel.”

Leidraad

“Uiteraard zijn we allemaal op een heel andere manier moeten gaan werken. En natuurlijk was dat even wennen,” vervolgt Marloes. “Maar we zijn ook al heel snel naar alternatieve werkwijzen gaan zoeken. Daarbij waren wij ons er vanaf het begin van bewust dat ook nu – zelfs vooral nu – structureel contact de leidraad vormt. Zowel tussen collega’s onderling als met werkzoekenden. Er wordt dus volop gebeld, gemaild en geappt. Nog steeds schuift iedereen aan voor het wekelijkse team- en werkoverleg dat nu digitaal plaatsvindt. En we zijn ook meteen aan de slag gegaan met de ontwikkeling van digitale trainingen.”

Online trainen

“Zo geven wij de training ‘Persoonlijke Ontwikkeling’ nu via Zoom,” vult jongerencoach Sven Gossen, aan. “De deelnemers reageren heel positief. Het leuke is ook dat we hierbij geen vast stramien volgen. Op basis van de ontwikkelingen in de groep, bepalen we welke modules we gaan oppakken. Zo kun je optimaal aansluiten op de vraag en kunnen we maatwerk blijven leveren. We zijn nu aan het testen hoe we de groepstrainingen, die plaatsvonden in ons Jobcenter, digitaal vorm kunnen geven.”

Maatschappelijke functie

“Daar kijkt menigeen al naar uit,” weet participatiecoach Yvette Weelen. “De fysieke contactmomenten bijvoorbeeld in het Jobcenter of bij groepsbijeenkomsten vinden nu telefonisch of digitaal plaats. En dat op dezelfde frequentie als het fysieke contactmoment zou zijn. Vanwege corona is veel vrijwilligerswerk tijdelijk gestopt. Dat heeft op menigeen een grote impact. Hun wereld is ineens een stuk kleiner. Hierdoor hebben wij nu, veel meer dan voorheen, ook een belangrijke maatschappelijke functie. Ik houd structureel contact met de mensen. Maak een praatje met ze, vraag hoe het gaat. Dat wordt ontzettend gewaardeerd en is ook broodnodig, want geregeld blijkt dat ik het enige ‘lijntje’ ben met de buitenwereld. Zo’n telefoontje maakt voor hen een wereld van verschil.”

Van werk naar werk

“En daar gaat het om,” vult Sanne Notermans haar collega aan. “Het is mooi om dat verschil te kunnen maken. Dat hoeven niet altijd grote stappen te zijn, soms gaat het om hele kleine. Essentieel is dat mensen vanuit hun eigen kracht in beweging komen of blijven.” “En dat lukt nog steeds,” beaamt banenmakelaar Alexandra Spierings. “Want de vaart zit er nog goed in. Mede door ons netwerk en ons efficiënte poortproces kunnen we veel mensen van werk naar werk leiden. Natuurlijk zie je dat werkgevers in deze tijd voorzichtiger zijn, maar ze staan vaak toch open voor samenwerking en zijn bereid om iemand een kans te geven.”

Kijken naar kansen

“En niet alleen jongeren of mensen die recent hun baan verloren, maar ook werkzoekenden met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt en statushouders stromen nog met regelmaat uit,” benadrukt participatiecoach Angelo Hamers. “Een kwestie van kijken naar mogelijkheden. Wat wil iemand en wat kan hij? Hoe kun je iemand ondersteunen zichzelf te ontwikkelen? En waar liggen kansen? Onlangs is een echtpaar, na vijftien jaar uitkering, uitgestroomd. Ze hebben nu allebei een parttimebaan waardoor ze volledig uitkeringsonafhankelijk zijn. Kansen zijn er altijd. Ook in een moeilijke tijd als deze.”